Ontwikkelingssamenwerking

terug

Ontwikkelingssamenwerking is belangrijk als katalysator voor ontwikkeling. In lijn met internationale afspraken besteedt Nederland daarom minstens 0.7 procent van het BNI aan ontwikkelingssamenwerking, waarbij kosten voor de opvang van asielzoekers in Nederland hier nadrukkelijk buiten vallen. Effectieve ontwikkelingssamenwerking begint echter in Nederland. Belastingontwijking via ons land en het sluiten van belastingverdragen die ongunstig zijn voor ontwikkelingslanden moeten tot het verleden gaan behoren. Er liggen grote kansen voor het bedrijfsleven in ontwikkelingslanden én Nederland om gezamenlijk ontwikkeling te stimuleren. Voorwaarde hierbij is dat handel eerlijk en duurzaam is. Naast samenwerking met het bedrijfsleven wordt er ook samengewerkt met lokale maatschappelijke organisaties. Zowel politiek als financieel wordt het maatschappelijk middenveld versterkt ter bevordering van de democratie en een inclusieve samenleving.

De klimaatcrisis treft ontwikkelingslanden onevenredig hard. Nederland moet in internationaal verband en in bilaterale relaties financiële middelen en expertise in blijven zetten voor het beperken van klimaatverandering (mitigatie), het aanpassen aan al bestaande klimaatverandering (adaptatie) en het ondersteunen van landen die te maken krijgen met de impact van klimaatverandering (verlies en schade). Aangezien Nederland als ontwikkeld en geïndustrialiseerd land een aanzienlijke bijdrage levert en heeft geleverd aan klimaatverandering, is het noodzakelijk dat het zich op deze drie punten in blijft zetten. Ook de internationale strijd tegen ontbossing en milieuvervuiling krijgt bijzondere aandacht.

Daarom komen we tot onder andere de volgende standpunten:

  • Nederland moet minstens 0.7% van het BNI aan ontwikkelingssamenwerking besteden, waarbij kosten voor de opvang van asielzoekers in Nederland hier nadrukkelijk buiten vallen.
  • Belastingontwijking via ons land moet onmogelijk worden gemaakt.
  • Belastingverdragen die ongunstig zijn voor ontwikkelingslanden dienen tot het verleden te behoren.
  • De Europese markt moet toegankelijker worden voor ontwikkelingslanden. Daarbij komt er meer ruimte voor tijdelijke en op ontwikkeling gerichte arbeidsmigratie naar de EU.
  • Al het overheidsbeleid moet worden getoetst aan de duurzame ontwikkelingsdoelen (SDGs) van de VN.
  • Het maatschappelijk middenveld in ontwikkelingslanden moet zowel politiek als financieel versterkt worden ter bevordering van de democratie en een inclusieve samenleving.

terug