Persbericht Nationale Jongerenraad voor Milieu en Ontwikkeling

Twee jaar geleden zijn een aantal (politieke) jongerenorganisaties, waaronder PerspectieF (toen nog RPF-jongeren en GPJC), verenigd in de Nationale Jongerenraad voor Milieu en Ontwikkeling en Greenpeace een bodemprocedure tegen de Nederlandse Staat begonnen over het aardgasbeleid.

Gisteren heeft de rechtbank in Den Haag acht politieke jongerenorganisaties en Greenpeace Nederland in het ongelijk gesteld in de civiele procedure die zij in mei 1999 hadden aangespannen tegen de Staat vanwege het onverantwoorde potverteren van aardgas. De jongerenorganisaties (samenwerkend binnen de NJMO) en Greenpeace vroegen de rechter te verklaren dat de Staat jegens hen onrechtmatig handelt door niet te verhinderen dat de Nederlandse aardgasvoorraad omstreeks 2030 geheel zal zijn uitgeput. Volgens het huidige beleid zijn er dan nog onvoldoende duurzame energiebronnen en energiebesparing gerealiseerd, terwijl ook import van energie niet gegarandeerd is.

Duurzaamheid geen harde randvoorwaarde in milieurecht
De rechtbank lijkt nog niet toe aan de benadering dat duurzaamheids- en voorzorgsbeginselen harde randvoorwaarden zijn in het milieurecht. Zij vond de internationale, wettelijke en maatschappelijke normen die de Staat schond, te zacht en te flexibel om de vordering toe te kennen. Wel erkende de rechtbank dat de jongerenorganisaties ontvankelijk zijn en op mogen komen voor de belangen van inwoners van Nederland rond 2030 om tegen met de huidige prijs vergelijkbare kosten in hun energiebehoeften te voorzien. Het is onbetwist dat reeds thans stappen moeten worden ondernomen om de energievoorziening op die termijn veilig te stellen, aldus de rechtbank.

Mogelijk hoger beroep
De jongerenorganisaties zijn teleurgesteld over de uitspraak van de rechter en overleggen nog met hun advocaat of zij in hoger beroep gaan. 'We zijn hier nu al zeven jaar voor aan het vechten: de erkenning dat aardgasvoorraden niet te snel opgestookt mogen worden, maar ook ten dienste staan van de generaties die na ons komen. Als we minder gas mogen gebruiken, dan kunnen we niet anders dan meer energie besparen en meer duurzame energiebronnen ontwikkelen. Maar blijkbaar beschermen onze rechters alleen de korte termijn belangen van de Staat en de oliemaatschappijen en niet de belangen van het milieu (klimaat) en van de burgers die na 2030 in Nederland leven', aldus een woordvoerder van de NJMO.

Beroep op politiek
Triest, zeker nu het ene na het andere VN rapport benadrukt hoe schadelijk de klimaatveranderingen, veroorzaakt door het opstoken van olie, gas en kolen, zullen uitwerken op de mens, de natuur en de economie. 'Gelukkig zijn we niet van de rechter afhankelijk en kunnen we nog altijd het debat met de politieke partijen openen over het energiebeleid en de aanwending van aardgasbaten voor grootschalige ontwikkeling van duurzame energie en energiebesparing. We doen een beroep op de politiek om te gaan zorgen voor een duurzaam aardgasbeleid.'

Zie ook:
Potverteren van gas is onverantwoord (opinieartikel Volkskrant 8 januari 2001)